Crashsite Rijnvis

De dood én nieuw leven...

Het was zondag 25 februari 1945. Rond het middaguur richtte het afweergeschut in Nunspeet op een laagvliegend jachtvliegtuig. Het toestel werd geraakt en stortte neer op een perceel bouwland tussen de Rijnvis en de Vreeweg. Het land was eigendom van Gerrit Vos die aan de Rijnvis 30 woonde.

Het was een geweldige klap; de brokstukken lagen overal verspreid. Het brandende toestel was met de kop in de grond geslagen. De vlieger had nog geprobeerd uit het brandende toestel te springen, maar dat lukte niet omdat het al te laag vloog. Hij lag naast het toestel, verward in de touwen van zijn opengevouwen parachute. Een hond likte het bloed. Het dier kreeg een schop. De luchtbescherming noteerde 12.12 uur als tijdstip van neerstorten.

Om 12.20 uur werd de Ortskommandantur in Harderwijk telefonisch gewaarschuwd en om 12.22 uur de burgemeester. De politie was snel aanwezig. Het vliegtuig werd door twee Duitse soldaten bewaakt. Vanuit de boerderij van Vos hadden de soldaten geen zicht op het vliegtuig, wel vanuit het huis van Aart Kroneman. Dus zaten de twee Duitse soldaten daar bij de kachel de wacht te houden. ’s Avonds was er een probleem.

De vrouw van Kroneman ging bevallen van haar achtste kind. De vroedvrouw had weinig medelijden met de twee soldaten en stuurde ze naar buiten. Om vier uur ’s morgens werd Aart Kroneman junior geboren. In de loop van die maandagochtend ging vader Aart Kroneman aangifte doen van de geboorte op het gemeentehuis. Hij vergat het trouwboekje mee te nemen. Toen dit thuis ontdekt werd, boden de twee Duitse soldaten aan om het op de motorfiets Aart achterna te brengen. Op de Laan in Nunspeet hielden ze hem aan. Nunspeters die dat zagen trokken de conclusie: Aart Kroneman wordt door de Duitsers opgepakt. Maar dit keer waren de Duitsers alleen maar behulpzaam.

Kruiwagen met staartwiel

De politie rapporteerde dat de vlieger een Engelsman was. Maar dat bleek niet juist. Het was een Amerikaan: eerste luitenant Horace B. Smith (21 jaar), afkomstig uit Altoona in de staat Pennsylvania. Hij werd begraven op de Nunspeetse begraafplaats bij de andere militairen die al eerder in de omgeving van Nunspeet waren omgekomen.

Na de oorlog werd het lichaam overgebracht naar de Amerikaanse begraafplaats in Neuville-en-Condroz in de Ardennen in België. Het vliegtuig van Smith was een P-51 Mustang met als basis Kingscliffe Northants in Engeland. De resten van het vliegtuig bleven nog heel lang op het akker van Vos liggen.

Maar in april moest het land bewerkt worden en werd het vliegtuig naar het erf gesleept. De mitrailleur stond nog heel lang op het konijnenhok en het staartwiel werd gebruikt als wiel voor de kruiwagen. Het hangt nu ergens in een woonkamer aan de muur. Bron: o.a. Elspeet Historie